Vijfenvijftig tot zestig procent van ons lichaam bestaat uit water. Zonder water is er geen leven. In het verleden dronken we het gewoon uit rivieren, watervallen en bronnen, zoals wij het in IJsland deden. Maar dat is op de meeste plekken in de wereld verleden tijd. Nog nooit proefde water zo zoet en puur als afgelopen zomer. Lag dat aan de vakantiesfeer? Nee. Het was pas toen ik thuiskwam en een glas van de kraan dronk dat ik echt opmerkte hoeveel kalk- en chloorsmaak er in ons water zit.
Flessenwater halen we niet in huis. Veel te veel plastic en te duur. Nochtans is het naar mijn bescheiden mening vaak beter dan dat van de kraan. Maar dat hangt er vanaf waar je woont, want bij sommige vrienden komt er gewoon lekker water uit de leidingen. Bruiswater halen we af en toe wel in huis (ik hou van bubbels!), maar dan enkel in glazen flessen. Als ik water rechtstreeks uit de kraan gebruik smaakt het niet alleen minder goed, maar zijn er ook opvallend veel kalkkringen te zien als je bijvoorbeeld een tas thee zet. Om ons kraanwater zachter en lekkerder te maken heb ik een gewoonte van uit mijn ouderlijk huis aangenomen: een Brita waterkan. Voor je gezondheid zal het misschien geen gigantisch verschil maken, maar naar mijn mening wel in smaak.
De kan staat altijd op tafel of in de ijskast en we vullen ze de hele dag bij. Brita werkt op basis van koolstoffilters, net zoals de LifeStraw die we hebben voor tijdens het kamperen. Het zijn vooral de kalk en de chloor die uit het water gefilterd worden, net de smaken die er bij ons zo hard doorkomen en me er van weerhouden om een glas water echt lekker te vinden. Volgens critici filtert Brita ook de gezonde calcium- en magnesiumionen uit het water en is het daarom net minder goed dan bron- of puur kraanwater. Of dat effectief waar is en of het een negatief effect heeft op onze gezondheid durf ik niet te zeggen. Wat ik wel weet is dat mijn familie en ikzelf al meer dan twintig jaar gefilterd water drinken en dat we over het algemeen best gezond zijn. Kleine extra: de ecologische voetafdruk van Brita is zevenentwintig keer kleiner dan die van flessenwater en de filterpatronen breng je binnen en worden volledig gerecycleerd.
Koffie, bier, wijn, fruitsap, frisdrank en van elks van hen nog eens honderden soorten. Er is keuze genoeg als het op drankjes aankomt maar eigenlijk zouden we vooral puur water moeten drinken om gezond te blijven. Thuis is het gemakkelijker, maar op verplaatsing vind ik het soms ook zonde om tweeënhalve euro uit te geven aan een platte water omdat het nu eenmaal evenveel kost als frisdrank of bier. Absurd! Lang leve de festivals en feestjes waar je gratis of spotgoedkoop water kan krijgen. En als ik dan toch eens een smaakje wil dan maak ik het zelf. Op basis van lekker gefilterd water, verse munt uit de tuin en citroen. Of met verse gember. Of met een kilo ultrarijpe perziken die ik gekregen heb. Of met een beetje biologisch diksap van cassis en appel. Of met aardbeien! Drink water, water en water. Al de rest komt later.
PS: Wist je dat koffie je lichaam uitdroogt? Voor elk kopje dat je drinkt kan je best een zelfde hoeveelheid water drinken om terug te hydrateren.
De bron van alle leven.
“70% van de aardoppervlakte is bedekt met H²O. En dat (water) is de belangrijkste bron van waterstof op aarde, het meest voorkomende atoomelement. H komt nochtans niet voor als ‘zelfstandig’ gas omdat de zwaartekracht de uiterst lichte molecule van H niet kan vasthouden. Maar de verbindingen met H zijn dus wel noodzakelijk voor de opbouw van ander levensbelangrijke verbindingen als DNA en RNA.
Het is geen toeval dat ook ons voedsel en ons organisme voor 70% uit water bestaan. Maar zeewater bevat wel 3,5% zout, vier keer zoveel als het menselijk lichaam. Amper 2,5% van al het water op aarde is zoet, en daarvan zit (voorlopig?) 70% opgeslagen in ijs.
H²O is afkomstig uit het dampwater van de vulkanen maar ook uit ingeslagen kometen. Dat verklaart meteen de grote hoeveelheid H²O en SIO² (siliciumdioxide) in de aardkorst, het zand en het gesteente, de belangrijkste bron van leven, met daarin twee stoffen (silicium en zuurstof) die we een leven lang aan alle cellen moeten doorgeven.”
(uit ‘Wat het lichaam zelf doet, doet het beter’ van Raf Willaert)