‘Net echt’: de relativiteit van volwassen zijn

R en ik genieten van de stralende zomerzon. We zitten op tuinstoelen voor het mooie huisje dat we voor het weekend gehuurd hebben. Links van ons staat een saunaton en plukt de eigenares gigantische appels uit haar boomgaard, met naast haar twee schitterend witte paarden in de wei. Voor ons lonkt het heldere water van het zwembad en langs rechts is er een grote vijver met zijn vaste reiger. We nippen van het verse appelsap en leunen tegelijk achterover. “Net echt!”, roept R enthousiast uit. “Zie ons hier zitten. Net echt twee volwassenen die hun leventje leiden. Maar dat zijn we natuurlijk ook!” En ze barst in lachen uit. Heerlijk, die relativiteit van ‘volwassen’ zijn.

We leerden elkaar bijna exact elf jaar geleden kennen, toen we allebei een week te vroeg arriveerden op ons kot in Antwerpen. Zij uit het Waasland, ik uit de Kempen. Het duurde amper een kwartier voor het leek alsof we elkaar al jaren kenden. We legden onze budgetten samen en dankzij R’s keukenervaring lukte het om elke dag iets lekkers op tafel te toveren. Maar we praatten en lachten vooral heel wat af, vaak tot tranen toe. En we speelden urenlang UNO. We hadden het er dan soms over hoe het zou zijn om dertig te zijn, of vijftig! Die mensen zagen er ouder, wijzer en vooral veel serieuzer uit dan wij onszelf ooit konden voorstellen. Zij wisten wat ze wilden en hoe ze dat moesten bereiken. Toch?

Nu R en ik zelf bijna dertig zijn bespreken we het vreemde concept dat wíj nu die mensen zijn waar we het over hadden. Voor de buitenwereld zijn we ‘volwassen’ omdat we meerderjarig zijn, maar voor onszelf zijn we dat geworden sinds we verantwoordelijkheid nemen voor ons eigen leven en de gevolgen van onze acties. We zien nu dat iedereen er maar gewoon roeit met de riemen die hij of zij heeft en dat het soms beter is om niet te weten wat je exact wil, dan iets te doen omdat het zo hoort. Dat dertigers en vijftigers soms minder wijs zijn dan een twintigjarige. En dat je zelf heel veel invloed hebt op hoe je ouder wordt. In essentie zijn R en ik nog dezelfde mensen als elf jaar geleden, maar tegelijk voelen we ook hoe we gegroeid zijn. Hoe we onszelf en de wereld blijven ontdekken en steeds duidelijker voelen wat we wel (en niet) willen in het leven. Vroeger zochten we onze plaats door ons aan te passen, nu vinden we die door onszelf te zijn.

Het is heerlijk om met R te reasonen over de wereld en haar bewoners. Of te lachen met de meest absurde scenario’s die we kunnen bedenken. Geweldig, haar humor. En lekker te eten natuurlijk. Vroeger de ongezondste hapjes, desserts en steak-friet, nu met plezier een vegan weekend met zelfgebakken koekjes en brownies. We spelen ook weer UNO, for old times’ sake. Pure nostalgie.

De gastvrouw ziet ons genieten van haar domein en vraagt of het festival waar we heen gaan de festiviteiten in Walcourt zijn. R en ik kijken elkaar aan en ik zie plezierlichtjes in haar ogen. Nee, we gaan niet naar het dorp. Er is namelijk nog iets wat onze vriendschap tot de dag van vandaag nog sterker maakt: onze liefde voor reggae, het genre dat je als geen ander stimuleert om je eigen pad te volgen. (Je zou ons samen naar nieuwe platen moeten zien luisteren…) Dat is ook wat ons naar dit huisje in een prachtig stukje natuur brengt, een festival waar we een stuk in de nacht kunnen dansen op onze favoriete muziek. Nu we ons ‘echte’ leventje leiden hebben we die twee gecombineerd. Geen festivalcamping maar een reggaewellnessweekend. Het ‘volwassen’ leven hoe het bij momenten echt kan zijn, als je het zelf wil en manifesteert.

Met dank aan R, om haar geweldige zelf te zijn en de wereld altijd een beetje beter te willen maken. Step by step. <3

Foto bovenaan: het uitzicht vanuit ons huisje bij Les Mélèzes