De (on)macht van ecolabels op voedingsproducten

Volgens de Ecolabelindex (2020) zijn er maar liefst 457 ecolabels, verspreid over 199 landen. Enkel voor voeding zijn het er In België al 43. Wie weet waar die allemaal voor staan? Wat betekent duurzaam? Zijn ze betrouwbaar? En vooral: stimuleren ecolabels op voedingsproducten duurzame consumptie? Sarah Claes zocht het uit voor haar masterproef voor de masteropleiding Milieuwetenschappen. Ik las het met veel interesse en wou er heel graag iets over schrijven.

Eerst en vooral een grote pluim voor Sarah. Ze sprak met consumenten, producenten, onderzoekers, beleidsmakers en mensen die actief zijn bij een ecolabel. Daarnaast deed ze ook grondige research naar de huidige klimaatproblemen, creëerde een duidelijk beeld van waar we staan, isoleerde moeilijkheden en bood oplossingen aan. Knap werk! Het zou wijdverspreid mogen worden onder beleidsmakers en bedrijven.

Voedingskeuzes

Dat het niet goed gaat met het klimaat, weten we allemaal. De aarde heeft maar een bepaalde draagkracht. Er is dringend nood aan oplossingen en actie (lees het ABC van het Klimaat, scrol eens door de andere artikels op deze site of doe je eigen research). Duurzame voeding speelt een enorm belangrijke rol in de strijd tegen de klimaatopwarming. De productie van voeding neemt meer dan een derde van het beschikbare landoppervlak in beslag en is verantwoordelijk voor dertig procent van de totale uitstoot van broeikasgassen.

Onze voedingskeuzes bepalen dus voor een groot deel hoe we omgaan met land, mest, water, bodem en milieu. Van alle schakels is de landbouwfase de grootste vervuiler, met zuivel- en vleesproducten op kop. Toch blijkt uit onderzoek dat de meeste Belgische consumenten weinig stilstaan bij het verband tussen voeding en milieu. Vreemd, toch? De totale consumptie van duurzame aankopen en verse voeding stijgt wel, maar dat gaat traag en het blijft een klein aandeel (6,6% in 2017).

Wereldwijd lijden meer dan 820 miljoen mensen aan ondervoeding, en 641 miljoen mensen aan obesitas. Dertig procent van alle voedselproductie wordt verspild. Het probleem zit dus niet een tekort aan voeding, maar in de distributie ervan. Het is wel degelijk mogelijk om iedereen van kwalitatieve, gezonde en duurzame voeding te voorzien, binnen de planetaire grenzen. Zoals Ras Fire altijd zei: er is genoeg voor iedereen. Maar dat kan alleen als we het voedselsysteem radicaal transformeren. Daarvoor moeten we de productieschaal verhogen, verliezen doorheen de hele keten minimaliseren én ons algemeen voedingspatroon veranderen. Een belangrijk onderdeel daarvan is een verschuiving van dierlijke naar plantaardige eiwitten. De wereldbevolking blijft groeien. Het is belangrijker dan ooit dat we onze impact drastisch verkleinen om de planeet leefbaar te houden.

Wildgroei aan ecolabels

Ecolabels kunnen helpen om een beeld te krijgen van de duurzaamheid van voedingsproducten. Zo kunnen we geïnformeerde keuzes maken, zonder zelf een zoektocht te moeten ondernemen. Tegelijk laten ze zien hoe bedrijven en organisaties zich duurzaam engageren.
Spijtig genoeg klinkt het soms mooier in theorie dan het is in de praktijk, waardoor consumenten het vertrouwen in de labels kunnen verliezen. Niet alle bedrijven gebruiken ecolabels met de juiste intentie. Soms zijn het gewoon marketinginstrumenten die niet eens gecontroleerd worden door een onafhankelijke partij. Op die manier kunnen producenten een ecologisch imago opbouwen en zo meer winst genereren, zonder zich écht te engageren.

Door die commerciële voordelen én de toenemende vraag naar duurzame voeding is er een wildgroei aan ecolabels ontstaan. Consumenten weten vaak niet meer aan welke van de vele labels ze de voorkeur moeten geven. Veel bedrijven maken zich ook schuldig aan greenwashing, waarbij ze milieuvriendelijke beweringen gebruiken die vaag, irrelevant of zelfs totaal onbetrouwbaar zijn. Soms zijn ze amper te onderscheiden van echte groene marketing. Niet moeilijk dat consumenten hun vertrouwen verliezen…

Veld
Catkin via Pixabay 

Gebrek aan wettelijk kader en duidelijkheid

In België is er jammer genoeg een gebrek aan wettelijk kader. Een respondent uit de masterproef zegt: “Om een label te creëren en lanceren is er niet veel meer nodig dan een idee, een communicatieplatform en voldoende budget.” En: “Multinationals die wanpraktijken begaan, betalen liever een boete dan zich aan de schaarse regelgeving inzake duurzaam ondernemen te houden, aangezien de boete gewoonweg goedkoper is dan het volgen van de regels.”

Een ander onderliggend problemen is de brede definiëring van duurzaamheid: “Duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie, zonder de behoeften van toekomstige generaties, zowel hier als in andere delen van de wereld, in gevaar te brengen” (WCED, 1978). Veel vager kan het niet worden. Met wat creativiteit kan iedereen zich achter het begrip scharen. Nochtans kan het ook heel duidelijk zijn: de planeet moet op de eerste plaats komen, altijd. En mensen zijn belangrijker dan winst. De economie zou als doel moeten hebben om de samenleving tot een hoger welzijnsniveau te tillen, niet om steeds meer winst te maken.

Volgens de respondenten in de masterproef zou het goed zijn om minimumvereisten te voorzien voor ecolabels (bv. gekoppeld aan de drie ISO ecolabels), bepaalde labels te erkennen door de overheid en fiscale stimuleringsmaatregelen aan te bieden. Ook de definitie van duurzaamheid moet herzien worden.

Aardappelen
Pexels via Pixabay 

(Verplichte?) transparantie

Er is veel meer transparantie nodig in de voedingssector, van het ontginnen van grondstoffen en het transport tot de productetikettering. Op de website Labelinfo.be kan je de ecolabels van ons land terugvinden, maar het is een serieuze opgave om de achterliggende criteria allemaal te onthouden. EOS Tracé volgt dan weer het volledige traject van voedingsproducten. Voor overheden en bedrijven verwijst een respondent door naar ‘De Gids voor Duurzame Aankopen’ van het Federaal Instituut voor Duurzame Ontwikkeling (FIDO).

In Nederland lanceerde de organisatie Milieu Centraal de applicatie keurmerkenwijzer. De databank geeft scores op basis van vijf aspecten: milieu, dierenwelzijn, controle, transparantie, mens en werk. De Universiteit van Wageningen startte met een proefproject met QR-codes op voedingsproducten. Die worden doorheen de hele keten gemonitord en bieden informatie op het vlak van transport, duur, temperatuur, kwaliteit, prijs en nog meer.

Een oplossing voor al die overvloed en onduidelijkheid is één overkoepelend ecolabel. Uit marktonderzoek blijkt dat drie kwart van de Vlamingen achter de ontwikkeling staat van zo’n label. Een gelijkaardige piste is een eco-score, in navolging van de Nutri-score. Colruyt in België en Tesco in Groot-Brittannië gaven in januari 2020 al aan dat ze bezig zijn met de ontwikkeling van zo’n score. Ik ben benieuwd! In tussentijd zullen we het met de tientallen bestaande labels moeten doen, en vooral met ons gezond verstand.

Dit artikel is gebaseerd op de masterproef die Sarah Claes maakte in het kader van haar masteropleiding Milieuwetenschappen aan de Universiteit van Antwerpen: ‘STIMULEREN ECOLABELS OP VOEDINGSPRODUCTEN DUURZAME CONSUMPTIE?’. Bedankt Sarah, voor de keuze van het boeiende onderwerp, het uitgebreide, waardevolle onderzoek en het neerschrijven van je bevindingen. Dit soort onderzoeken brengen ons weer een stukje dichter bij een betere wereld.