Na twee maanden reizen in de camper zijn we meer ontspannen dan ooit. Niks moet, alles mag. We genieten van de vrijheid, schoonheid en elkaar. Met onze kersverse puppy Buju aan boord ontdekken we de ene prachtige plek na de andere. Van sprookjesachtige valleien en turquoiseblauwe rivieren tot bevreemdende hoogvlaktes en imposante rotsen: Frankrijk blijft ons verbazen.
We ruilden Lac de Pareloup in voor de vallei van de Tarn. Gek dat we maar een half uurtje moesten rijden om weer in een totaal andere omgeving terecht te komen. Achter elke bocht school een nieuwe postkaart! We konden ontzettend ver zien op die heldere dag, diep in het Centraal Massief. De schoonheid van het gelaagde uitzicht en de steeds hoger wordende bergen ontroerden me. Zo mooi kan de wereld en het leven zijn. Rond de middag kwamen we aan in Broquiès, een charmant dorpje met vooral een ongelooflijke view over de vallei van de Tarn, ook vanop de plek waar we met de camper mochten staan. Een uur staren naar de bergen en de rivier in de diepte? Check!
Nu Buju met ons meereist moeten we even inboeten op grote wandeltochten. De kleine pup kan al heel goed stappen, maar we mogen natuurlijk niet overdrijven.Gelukkig kunnen we zelf bepalen waar we onze camper zetten, of toch waar dat toegelaten is. Er is altijd genoeg te doen in de directe omgeving, waardoor we voorlopig geen nood hebben aan die lange(re) trektochten. Zo reden we van Broquiès tien minuten verder naar Brousse-le-Chateau, officieel het ‘mooiste dorp van Frankrijk’. We begrepen meteen waarom. De huisjes staan dicht op elkaar gepakt rond een versterkte burcht die vanop de heuvel heel de vallei domineert. Aan de voet stroomt de turquoiseblauwe Tarn. We waanden ons instant in de middeleeuwen en hoorden de ridders al galloperen door de smalle steegjes. Tastbare geschiedenis, en onbeschrijflijk mooie vergezichten. De lente brak die dagen aan de Tarn ook echt door. Volle zon, groene blaadjes aan de bomen en overal bloemen. Ik werd er euforisch van.
We trokken verder naar het oosten. Onlogisch, moesten we meteen naar Portugal willen toch, maar we zijn onderweg naar vrienden die ons tegemoet reizen in de Cévennes. De avond voor vertrek checkten we de route nog eens. Veel kronkels en hoogtelijnen, maar het moest te doen zijn. Onze initiële eindbestemming was Roquefort-sur-Soulzon (ja, van de schimmelkaas!), maar het dorpje zag er zo ongezellig uit dat we er enkel doorreden. De omgeving daarentegen blies ons omver. Steeds hogere bergen, steilere rotsen en scherpere bochten. Lang leve chauffeur Jannick!
We hielden halt net voorbij het volgende dorp: Viala-du-Pas-de-Jaux. Rond ons zagen we enkel nog naaldbomen, lage struiken, rotsen en lichtbruine zandgrond. Bevreemdend! We wisten wel dat we serieus geklommen waren, maar schrokken zelf toen we zagen dat we op bijna negenhonderd meter zaten. Negenhonderd meter! Met onze oldtimercamper! Een maand geleden waren we al in de wolken toen we driehonderd meter gehaald hadden. (Letterlijk én figuurlijk!)
Met onze favoriete muziek op de achtergrond reden we langs steile afgronden en diepe valleien, zagen Sainte-Eulalie-de-Cernon in de diepte liggen en eindigden de dag in La Cavalerie. Op de hoogvlakte waar het dorp ligt wees alles erop dat we zo hoog zaten. Het was er kouder, er stond meer wind, de begroeiing was beperkt en er waren amper nog bergtoppen te zien. We zaten hoog, veel hoger dan we gepland hadden te logeren, maar we genoten van de gastvrijheid van een biologische schapenboerderij en de rust in het dorpje en de omliggende velden. De route alleen al was het waard om daar te passeren.
Na grondig bestuderen van de kaart besloten we om toch maar niet de scenery route te nemen, maar wel de aangeraden route via Montpellier. Jannick en de camper hadden al hard genoeg gewerkt in het eerdere stuk en de verdere weg was nog ‘erger’ op de kaart. We wilden niet overdrijven. Vanuit La Cavalerie daalden we dus met spectaculaire uitzichten af naar het zuidoosten, om nadien weer een stukje naar het noordoosten te rijden. Opnieuw veranderde de omgeving zo snel dat het bijna niet te geloven was. Nieuwe dag, nieuwe indrukken. Van de ruwe bergen naar zacht glooiende heuvels en eindeloze velden vol wijnranken. Voor het eerst zagen we ontelbare olijfbomen en roken we overal verse bloemen. Lente in het zuiden! We parkeerden de camper aan de rand van Blauzac, met weer een postkaartuitzicht op een andere vallei. Dat kunnen we nooit beu worden. Met de zon op onze winterhuid wandelden we vrolijk over oude paadjes langs stapelstenenmuurtjes en uitgestrekte velden. De gouden zonsondergang maakte de dag compleet. Zoals zo vaak tijdens onze reis werd ik overspoeld door dankbaarheid, zoveel dankbaarheid.
In volle zon kwamen we aan in Uzès, het favoriete Franse stadje van mijn papa. Ook hier begrijp ik waarom. Het oude centrum is autovrij, gevuld met machtige platanen die in de zomer voor schaduw zorgen en vol met bezienswaardigheden, leuke restaurantjes en (alternatieve) winkeltjes. Kers op de taart is de Vallée de l’Eure die pal naast de stad ligt: een gigantisch park met water, eeuwenoude bomen, grotten, rotsen en Romeinse overblijfselen. De fuchsiaroze bloesems op een boompje leken bijna bijgekleurd, insecten zoemden enthousiast over de bloemetjes in het gras, Buju speelde wild in een watervalletje en wij picknickten met een grote glimlach. De ene topdag na de andere. Slapen deden we aan de rand van het stadje bij wijndomein Saint-Firmin, dat gratis voorzieningen aanbiedt aan campers. Give thanks!
Op naar de Cévennes, de plek waar één van onze beste vrienden al heel zijn leven op vakantie gaat. We vieren de paasvakantie samen met zijn gezin en dat van twee andere dierbaren vrienden. Met hun kroosten en ons erbij zullen we met elf zijn! En Buju natuurlijk. Dat zal even wennen worden na twee maanden vooral onder ons tweeën te zijn, maar we kijken er vooral ontzettend hard naar uit. Twee weken doorbrengen met onze geweldige vrienden? Yeeeeeeeees please!
We reden alvast naar Anduze, de rand van de Cévennes, en verblijven een paar dagen op een prachtige camping voor we hen opwachten in het minidorpje waar hun huisje staat. We staan met de camper onder oude bomen, op een veld vol bloemen, aan de oever van de Gardon de Mialet, ingesloten door beschermende bergen. Of noemen ze dat hier heuvels? Dunne grens. De mooie camping is voorzien op meer dan tweehonderd plaatsen, maar we staan hier met een tiental campers. Zeeën van ruimte, rust en privacy. Tijd om te wassen en te kuisen, dat moet natuurlijk ook nog gebeuren, maar vooral om weer te genieten van de wondermooie omgeving. Opstaan in stilte, met ochtenddauw en mist die bomen doet verschijnen en verdwijnen. En dan weer een schitterende dag.
Blessings pon blessings pon blessings.
Meer foto’s van onze reis? Check @Projectnaturalmystic.
Foto bovenaan: de Cévennes, getrokken door Jannick.
Heerlijk om mee te reizen 😊 Zo leren we Frankrijk ook wat beter kennen.
Amaaaiii zo heerlijk allemaal om te lezen ook! Ik geniet mee van op afstand! Doet me Frankrijk missen. Ik was bijna al vergeten wat een prachtig land dat is. Dankje voor de mooie blogs! En de fotos op @projectnaturalmystic 😉