Eerste zomer in ons nieuwe thuisland

Enkele maanden geleden gingen we ervan uit dat we de hele zomer door Portugal zouden reizen, maar onze gestrande camper bracht daar eind mei verandering in. Dat we nu al twee maanden hier zijn en ons steeds meer thuis voelen hadden we nooit verwacht. En zeker niet dat we al officieel eigenaars zouden zijn van Terra do Rio! We kregen bezoek van beste vrienden, schrokken van de vele branden midden juli, hebben al heel wat opgeruimd in ons paradijs-in-wording, leren elke dag bij en genieten van de prachtige omgeving. De eerste zomer in ons nieuwe thuisland zullen we nooit vergeten.

De voorbije weken kregen we heel wat foto’s van vrienden en familie die samen genoten van festivals, concerten en tuinfeesten. Voor ons is het de eerste zomer dat we daar niet bij zijn, de coronajaren niet meegerekend natuurlijk. Op zich zijn het niet de evenementen die we missen, maar soms wel het samenkomen met geliefden. Natuurlijk kennen we hier ook al leuke mensen, maar dat is toch nog anders dan je allerbeste vrienden en familie. Die relaties transformeren nu naar andere vormen. We (video)bellen vaak met de mensen die we graag zien. Dat is anders dan fysiek bij elkaar zijn. Soms moeilijk. En toch voelt de band met sommige mensen hechter dan ooit, net als die tussen Jannick en mij.

Het deed ons wel enorm goed dat we een hele week bezoek kregen van twee beste vrienden. Niet waar de camper staat, maar wel in de buurt van Porto. Zij brachten ook hun leuke hond mee, dus Buju had de hele week een speelkameraad! Superleuk! We beleefden heerlijke luie en actieve dagen in de tuin van het huis dat we huurden, in Porto, aan de oceaan, in de vallei van de Douro en natuurlijk ook op uitstap naar ons eigen stukje grond. Zo fijn om het hen te laten zien! Dat lui zijn lag trouwens niet aan ons, maar aan de temperaturen. De vrienden arriveerden net in de hittegolf waardoor het kwik bijna veertig graden bereikte en in het binnenland zelfs nog meer. Verlammend was dat. De warme wind leek wel een haardroger…

De branden

“Zijn jullie oké? Op het nieuws tonen ze vreselijke beelden van Portugal!” Dat soort berichten kregen we vaak en we begrijpen helemaal waarom. Tijdens de vakantieweek werden we twee keer wakker met rook in de lucht, ook al waren de dichtstbijzijnde bosbranden bijna een uur rijden van waar we logeerden. Via Fogos volgden we het op de voet. Elke dag waren er duizenden brandweerlieden in de weer om de vlammen onder controle te krijgen. Jannick stond al te popelen om mee in actie te schieten. Ik zie hem natuurlijk minder graag vertrekken naar die inferno’s, al heb ik eindeloos respect voor de bombeiros. Toen we naar het zuiden reden, zagen we het van heel dichtbij. Beide kanten van de autostrade waren zwartgeblakerd en smeulden nog, en op één stukje reden we zelfs voorbij een nog brandende berm. Slik. De beelden en interviews op het Portugese nieuws logen er niet om. Er was midden juli al meer dan veertigduizend (!) hectare natuur afgebrand, en een heleboel huizen. Vreselijk. Ik kon wel huilen toen ik de beelden zag…

Gelukkig bleef de streek waar we logeren en gaan wonen volledig gespaard. In tegenstelling tot de plekken waar de grote branden waren (en zijn), zijn er in onze buurt amper eucalyptusbossen. Die branden namelijk als toortsen en vullen de eindeloze heuvels en valleien in het binnenland. De combinatie van langdurige droogte (ik kan me niet meer herinneren dat het nog regende), de recordtemperaturen en de harde wind zorgde voor horrortoestanden. Wetenschappers waarschuwen al tientallen jaren voor die gevolgen van de klimaatverandering, maar de voorspellingen halen ons nu allemaal in. Het zijn mensen die daar de schuld aan hebben, net als aan de branden op zich. Die beginnen bijna allemaal door nalatigheid (sigaretten uit het raam, lassen in droog gebied, ondergroei niet opgeruimd, …) of zijn zelfs aangestoken (onbegrijpelijk!). Er kan zoveel ellende voorkomen worden als mensen er bewuster mee om zouden gaan.

Aan het werk op eigen domein

Ondanks het moeilijke afscheid van onze vrienden en het zien van de intense branden, willen we hier toch nog steeds heel graag wonen en onze toekomst opbouwen. We houden intussen van het land, de natuur, de mensen, het fruit, de groenten, de cultuur, de stilte, de oceaan, de bergen en de valleien. Daarom voelde het ook zo ontzettend goed toen we officieel tekenden voor Terra do Rio, ons eigen stukje grond met oude gebouwen erop, in een omgeving waar moestuinen floreren en bomen nog felgroen zijn. In tegenstelling tot in België, verliep het tekenen van de akte best informeel en gingen we nog een terrasje doen met de verkoper. Fijn! Intussen haalden we al tonnen kapotte en hele dakpannen uit de ruïnes, een metershoge berg verdroogde bramen, een mega stapel hout en een grote heuvel zand. Het is serieus wennen aan werken in de hitte, maar we passen ons tempo aan en zijn intussen blij wanneer het niet boven de dertig graden is. We zijn begonnen met het creëren van de thuis waar we al zo lang van dromen. Te gek voor woorden!

Prioriteiten stellen is soms niet makkelijk. Er is zoveel dat we willen doen: een grijswatersysteem bouwen, de waterput schoonmaken en wateropslag in orde brengen, de bedding van het riviertje schoonmaken nu het droog staat (dat wisten we gelukkig op voorhand), de hardnekkige bramen onder controle houden, een moestuin starten, bomen planten (kan niet in de zomer dus moeten we wel mee wachten), een draad spannen zodat Buju los kan zonder ons (anders loopt hij nog achter elke tractor en ieder paard) en de gebouwen opknappen. Dat laatste komt terecht op het einde van het lijstje. Binnenkort zetten we onze camper daar en hebben we een huisje waar we heel gelukkig in zijn, dus hebben we niet meteen een ander nodig. Waar we nu logeren, brengen we wel al een aantal boompjes groot. Die kregen we van een lieve tuinman, kweken we uit stekken die we vinden of uit een citroenpit die in een citroen al begon te groeien. Heerlijk!

We kennen onszelf, dus we weten dat we makkelijk té hard werken, blijven doorgaan en zelfverzonnen deadlines nastreven. Dat deden we in België, maar willen we nu echt niet meer. Geen overdrive alsjeblieft! We proberen onszelf daarvoor te behoeden, al is dat niet altijd even simpel. Wat we doen, doen we graag, ook al lijkt het voor anderen soms vreselijk werk. En toch hebben we het goede voornemen om wat meer downtime in te plannen. We willen onze nieuwe woonomgeving beter leren kennen, weten waar we leuke tochtjes kunnen maken in de buurt en mooie wandelingen in het natuurgebied een half uur verderop. We willen rust- en plezierdagen inplannen, anders razen we gewoon door. Dat is het laatste wat we willen. We kiezen bewust voor een ander leven met minder moetes, en letten op dat we er zelf niet te veel creëren.

PS: op veel plekken spreken mensen enkel Portugees, ook bij de gemeente of andere officiële instanties. Ik vind het een prachtige taal en geniet ervan om ze steeds meer onder de knie te krijgen. Met de buren praten over peren en perziken lukt nog net met de nodige handgebaren en af en toe een woordje Frans of Engels, maar aan de balie voor ruimtelijke planning is het een ander verhaal. En toch lukt ook dat, met een brein dat alle schuiven opentrekt en in een soort hyperfocus terechtkomt. We lopen tot nu toe telkens buiten met de juiste formulieren en weten wat ons te doen staat. Elke dag leren we weer een beetje meer.

PS2: onze oude buurman wenkte me onlangs naar zijn kleine perzikenboom naast de stal en zei dat we er zoveel mochten plukken als we wilden. Ik vond het een prachtgebaar en voelde de menselijke warmte. Hij kent ons nog amper, maar deelt nu al zijn vruchten. Het waren de grootste, zoetste en sappigste perziken die ik ooit proefde. Give thanks!

Foto bovenaan: Buju rust uit in de schaduw van de oude muren van Terra do Rio.