Nazare

Omringd door geliefden in een gezegend land

GASTBLOG

Het was toch een beetje als thuiskomen in Portugal, met mijn geliefde dochter en de man van haar leven die ons daar opwachtten. En omdat het een heerlijk land is natuurlijk, zoals we nu uitgebreid hebben kunnen ervaren.

Op onze laatste avond in Portugal, diep in de sprookjesachtige wirwar van oude straatjes die Alfama heet, stootten we op een restaurantje waar live fadomuziek werd gespeeld. Een paar weken voordien had ik aan Natacha laten weten dat ik zeker een fado-avond wilde bijwonen in haar nieuwe thuisland. Het was zelfs de enige activiteit die ik toen zo’n beetje vooropstelde, omdat die muziek mij zo diep kan raken. Maar het was er natuurlijk niet van gekomen, met al die andere prachtige uitstappen die we gemaakt hebben en het heerlijke samenzijn na al die maanden. We waren niet eens in Lissabon geraakt, tot die laatste avond dus, na het emotionele afscheid van Natacha en J in de Quinta da Perdiz. Ik ken nog lang niet genoeg Portugees om te begrijpen wat de zangeres wilde uitdrukken maar ze brak met haar saudade toch even mijn hart. Mooier hadden we deze reis niet kunnen afsluiten. Tenzij misschien met Natacha en J erbij.

Het doet wat met een mens als zijn dochter verhuist naar Portugal, toch niet meteen bij de deur. Maar zo openbaart zich natuurlijk ook voor ons een heel nieuwe toekomst, en niet alleen als vakantiebestemming. Wie weet eindig ik ooit nog in de tegen dan prachtig gerestaureerde boerderij van Natacha en J, off-grid en back to basics maar wel omringd door mijn geliefden in een gezegend land.

Ik was weleens in Portugal geweest, om Belgische voetballers te interviewen die daar furore maakten. Stéphane Demol bij Porto, Filip De Wilde bij Sporting Lissabon, Michel Preud’homme bij Benfica. We voelden en herkenden de warme mediterrane sfeer van Griekenland en Italië, en de oceaan maakte toen al een onvergetelijke indruk. Een uitstapje naar Évora doordrong ons van ’s lands grootse geschiedenis. Maar dat stelde allemaal weinig voor bij de vele indrukken en belevenissen die we in de voorbije weken mochten ervaren. Ik begrijp nu waarom zoveel mensen hun hart hebben verloren in Portugal, en er zich vaak definitief vestigen.

We hebben over eindeloze stranden gewandeld, door dicht begroeide wouden, oude olijfgaarden en telkens weer opschietende eucalyptusbossen. We hebben kloosters en kerken bezocht die uit alle stenen historie ademden. We ontdekten waarom plaatsen als Óbidos, Alcobaça en Coimbra zoveel toeristen lokken: het zijn gewoon prachtige plekken waar je ooit eens geweest moet zijn. En zo zijn er dus nog heel veel, verzekeren al die Portugal-lovers ons.

Eén plaats waar we zeker nog willen terugkeren, is Bacalhoa Buddha Eden, in de buurt van Bombarral, daadwerkelijk een soort Hof van Eden, een immense botanische tuin waar niet alleen duizenden Boeddhabeelden staan, in alle maten, vormen, gewichten, kleuren en tradities, maar ook talloze moderne kunstwerken, grotendeels van Afrikaanse oorsprong. Er staan (letterlijk) duizend palmen, hele kuddes levensgrote gnoes, apen, olifanten en giraffen. Een gigantische creatuur lijkt op te lossen in de staalblauwe hemel. Boomlange kraanvogels kijken neer op het gewriemel in de vele exotische aanplantingen. Een leger van felblauwe Chinese terracotta krijgers vloeit over in een rotsachtige waterpartij. Te veel om op te noemen, te mooi om in woorden te vatten. En daar kun je dus overal kriskras doorheen lopen, over kronkelende paden, omgeven door natuurlijke en artistieke schoonheid.

Karel, Buju en Natacha (Bacalhoa Buddha Eden)

Maar al dat moois kreeg voor ons natuurlijk een extra dimensie in de heerlijke Quinta da Perdiz, een heel sfeervolle B&B op een boogscheut van de oceaan, met een fantastische (Nederlandse) gastvrouw, Anita, en haar drie allerliefste honden, Gina, Eddy en Domino. Zelden heb ik mij ergens meer ontspannen gevoeld in het buitenland dan op het terras van ons fraai ingerichte studiootje, met uitzicht over het weidse Portugese landschap, of onder de appelbomen aan het zwembad.

Vanop dat terras zagen we in de achtertuin ook de camper van Natacha en J staan. Soms riepen we elkaar iets toe en of werd er vanachter het venstertje even gezwaaid. Evenzeer genoten we van de wandelingen met Buju, hun onvermoeibare, immer speelse en geïnteresseerde hond. ’s Avonds, onder de sterren, praatten we bij over het leven, want dat hadden we ondanks alle contacten via de sociale media wel gemist sinds vorige winter.

Samen bezochten we ‘het Landje’ dat Natacha en J hebben verworven, een klein half uur rijden van de Quinta da Perdiz. Ik werd daar als vader vervuld van trots, als ik eerlijk mag zijn. Het is een prachtig terrein in een glooiend valleitje, op het laagste punt een zacht stromend beekje, en daarachter nog een oude verborgen boomgaard. De boerderij is nu nog een ruïne maar in mijn hoofd stond er al een volledig gerestaureerde, even smaakvol als ecologisch verbouwde hoeve, met in het midden een lommerrijke patio.

Ik weet nu dat mijn dochter en de man van haar dromen dat project ook kunnen waarmaken. Ze lieten zich door ons bezoek niet afleiden van de dingen die ze te doen hadden op hun Landje of in Caldas da Rainha, het dichtst bijgelegen stadje. Ze zijn als het ware even gefocust op hun doel als Buju op de kleine opdrachten die hij nu al zo graag en energiek uitvoert. En ze vormen een heel sterk, liefdevol stel natuurlijk, de ideale voedingsbodem voor al die activiteit.

Op het hoogste punt van Mata do Buçaco.

Natuurlijk loopt er al eens iets mis, herinner u de camper die het halverwege de reis begaf. Maar problemen zijn er om te overwinnen en beter van te worden. En in Portugal lijkt de omgeving je toch net iets gunstiger gezind dan in België. De truck stond met een lekke band op de grote parking aan de rand van het romantische stadje Alcobaça. De stokoude reserveband zat nagenoeg onwrikbaar vastgehecht aan de onderkant van de auto. J kreeg de bouten van de lekke band met geen mogelijkheid losgeschroefd. Het was vrijdagavond, en volgens Google zou de plaatselijke bandencentrale binnen een kwartier sluiten.

Ten einde raad besloten we om een politiepatrouille aan te spreken die toevallig passeerde. Niet iets wat Natacha normaal snel zou doen, zei ze, maar op mijn leeftijd weet je dat sommige agenten wel degelijk ten dienste staan van de burgers, en al helemaal in een socialistisch geregeerd land. Of zij niet even de bandencentrale konden bellen. Amper twee minuten later kwam er al een witte bestelwagen aan gescheurd, en het kostte de bestuurder niet veel meer tijd om de band te vervangen. Nog even mee naar de garage om de lekke band te herstellen en de reserveband weer helemaal op te knappen. J verwachtte (naar Belgische gewoonte) een rekening van 150, 200 euro maar hoefde er uiteindelijk maar 21 te betalen.

Het klinkt misschien raar maar dat op zich onbeduidende voorval heeft me nog meer ingenomen voor Portugal. Ik hoorde Natacha redelijk vlot converseren in het Portugees en ik zag hoe snel en vriendelijk politie en hulpdiensten te hulp schoten. Ik hoef mij als vader geen zorgen te maken: Natacha en J zullen tegen volgende keer al helemaal Portugezen onder de Portugezen zijn. En voor ons wordt het hopelijk de eerste van vele volgende keren, want ook wij zijn in dit land nu al ons hart verloren.