Waarom ik me zorgen maak over AI

De klimaatcrisis, de voortdurende oorlogen en AI; het zijn drie dingen die zichzelf in elkaar verstrengelen in mijn hoofd, tot een toekomstbeeld dat ik liever niet zou creëren. Een dystopie, waarin de verschillende rampen al dan niet tegelijk voor onze ondergang zullen zorgen, of toch voor het einde van het leven hoe we dat tot nu toe kennen. Over klimaat schreef ik de afgelopen tien jaar al heel veel, oorlogen laat ik liever aan anderen over, en over AI maak ik me de laatste maanden pas echt zorgen.

Een pessimist ben ik nochtans nooit geweest, en dat we als mensdom zullen uitsterven, daar ben ik niet van overtuigd, maar het voelt wel alsof er een zwaard van Damocles boven onze hoofden hangt. Een gigantisch zwaar zwaard, wachtend om de genadeslag te geven. Of misschien zijn het wel ontelbare kleinere zwaarden, van natuurrampen, uit de hand gelopen AI-projecten en onnodige territoriale oorlogen in naam van religie of vaderland. Onlangs zag ik zelfs op Facebook dat een heel redelijk iemand de wereld nu al apocalyptisch noemde. Ik begreep het. Dat gevoel vind ik beklemmend, niet in het minst omdat ik zelf weinig of niets aan de oorzaken kan doen. Niettemin kan de mensheid in het geheel dat wel. Samen zouden we die drie verschrikkingen de baas kunnen, het tij doen keren, een andere keuze maken. Misschien is dat wel wat me het meest raakt en bovenal teleurstelt: het is geen buitenaardse invasie of natuurlijke evolutie die ons bedreigt, maar de keuzes die we collectief maken, ondanks beter weten. Het stijgt me boven het hoofd. Het enige wat ik kan doen is accepteren dat het zo zal zijn, en er zo weinig mogelijk aan bijdragen. Toch blijft dat gevoel van dreiging en onbehagen zwaar aan me knagen. Het gaat over existentiële dingen, de basis van al onze levens. Zowel de klimaatcrisis, oorlogen als AI zullen de wereld hoe we die kennen drastisch veranderen. Veel sneller dan we misschien denken. Over de potentieel vreselijke gevolgen wordt nog steeds betuttelend gesproken, terwijl die onlosmakelijk verbonden zijn met ons bestaan.

ChatGTP vs het klimaat

Wat me de laatste tijd vooral verontrust, is de razendsnelle ontwikkeling van AI. Dat komt deels omdat er datacenters zo groot als steden gebouwd worden om de technologie uit te breiden, waarvoor zoveel energie nodig is dat het de komende jaren een steeds groter deel van onze voorzieningen zal vragen. In 2024 verbruikte AI al elf tot twintig procent van het wereldwijde stroomverbruik van datacenters. Voor dit jaar zijn de verwachtingen dat het vijftig procent kan worden. Vijftig procent! ChatGTP verbruikt bijvoorbeeld vijfentwintig (!) keer meer dan een Google-zoekopdracht. Het is een directe bedreiging voor het klimaat en vergt elke dag meer en meer stroom. En waarom?! Mensen gebruiken de technologie zorgeloos, zeker de jongere generaties, maar met welke gevolgen? Is het ontwikkelen van AI echt prioritair in een wereld met een klimaatcrisis, waar nog miljarden mensen in armoede leven en we geen oplossingen vinden voor ziektes die ons kapotmaken? Ja, we zouden de technologie kunnen gebruiken om wereldproblemen op te lossen, maar gelooft iemand echt dat dat zal gebeuren? De geschiedenis leert ons dat geld amper naar de meest behoevenden stroomt, of dat nu mensen, dieren of planten zijn. Het zijn altijd dezelfde individuen die wel varen bij grote winsten, en dat is in dit geval niet anders. Ook hun hoogste goed is geld. Artificiële Intelligentie zal de klimaatcrisis niet oplossen en geen oorlogen vermijden, integendeel. Het geeft een zoveelste excuus om meer broeikasgassen uit te stoten en water te verbruiken om de megacenters te koelen. Een sessie van tien tot vijftig vragen aan ChatGTP kost ongeveer een halve liter water, berichtte de NOS. Wereldwijd is dat volgens BusinessenergyUK maar liefst hondervijftig miljoen liter. Honderd-vijftig-miljoen. Maar AI is toch zo fantastisch. ‘Heb je dat filmpje niet gezien op Insta?’ De tekst eronder is de meest onpersoonlijke en koude promotekst die ik ooit las. ChatGPT, zonder twijfel. En is dat filmpje wel echt? In enkele maanden tijd is het internet al overspoeld met door AI gegenereerde beelden die nergens toe bijdragen. Allemaal uitstoot voor niks. Nutteloze tijdsbesteding. Ze zorgen voor verwarring en verdeling. Wat is echt? Zijn die posts belangrijker dan het redden van het klimaat? Kan het niet wat minder? Het is allemaal zo vergankelijk. Een illusie van succes door het aantal duimpjes, gegenereerd door commerciële technologie. Vergeten zodra de ‘gebruiker’ een perfect getrainde swipe doet.

Het einde van creativiteit en probleemoplossend denken

Nadat een klant me een jaar geleden vroeg om met Chat GPT te werken, wilde ik het eerst een kans te geven, niet meteen veroordelen. Maar het voelde elke keer minder goed. Ik besloot dat ik het niet meer wilde doen. Het ging in tegen al mijn waarden en normen en stompte mijn creativiteit af. Dat laatste is volgens mij een rechtstreeks gevolg voor de mensheid als we steeds meer programma’s gebruiken die ons (creatief) denken overnemen: we zullen zelf steeds minder kunnen en meer afhankelijk zijn van computers en AI. Intussen werd dat ook bevestigd door de eerste onderzoeken. Ons brein zal zich anders ontwikkelen, originele kunst wordt een rariteit, een mooie tekst schrijven uiterst moeilijk en problemen oplossen (zonder digitale hulp) bijna onmogelijk. Totale afhankelijkheid van technologie: een dystopie die me misselijk maakt. Een leven dat zich afspeelt in data, op het net, digitaal. Black Mirror in het echt. En dan hebben we het niet over die andere mogelijkheid waar vaak betuttelend geruststellend over gedaan wordt: de mogelijkheid dat AI zichzelf verder ontwikkelt tot een technologie die ‘slimmer’ is dan de mens. Zo hadden ze nooit verwacht dat de machine ooit go-spelers van de negende dan zou kunnen verslaan, spelers van het moeilijkste spel ter wereld, het zogezegde ‘spel van de goden’. Ik las onlangs dat onderzoekers van een grote AI-ontwikkelaar niet wisten hoe het systeem evolueerde tot wat het op dit moment is. Als we niet begrijpen hoe iets evolueert, waarom doen we er dan nog mee verder? Bij mij gaan alle alarmbellen af: gevaar! Hebben we met z’n allen niet genoeg scifi’s gezien? Intussen stromen er oceanen van geld naar de ontwikkelaars en uitbaters van datacenters. Geld dat ook geïnvesteerd zou kunnen worden in iets waar we zeker van zijn dat het een groot deel van de mensheid zal helpen. Dat brengt natuurlijk minder op, wat in een kapitalistisch systeem een duidelijk teken is om het links te laten liggen. Hebzucht is de oorzaak van zowat alle problemen, zei iemand me ooit. Ze had gelijk.

Hoe weten we nog wat echt is?

Lang de ene kant lezen we dat AI zich razendsnel ontwikkelt en het ‘steeds beter’ doet, langs de andere kant komen er overal artikels boven met foute informatie die de chatbots genereren, soms zelfs gevaarlijk medisch advies. Wie nu iets Googelt, krijgt sinds kort bovenaan steevast eerst de resultaten van AI. Serieus? Ik zit daar echt niet op te wachten. Betekent dit dat ik via elke zoekactie in Google nu automatisch bijdraag aan de ontwikkeling van AI, de uitstoot van meer broeikasgassen en het verspillen van water om te koelen? Via mensen in mijn omgeving weet ik dat tieners en twintigers, en soms ook leeftijdsgenoten of ouderen, het vaak dagelijks gebruiken voor de meest uiteenlopende dingen. Op hun werk om een simpele vraag op te lossen, op school om een boek of onderwerp samen te vatten, om recepten te zoeken met de ingrediënten die in de ijskast liggen, om een gesprek te voeren over hoe ze best hun huisdier verzorgen, of zelfs om hun diepste zielenroerselen voor te leggen, in de hoop dat ‘hij’ goed advies zal geven. Steeds meer vertrouwen mensen op wat AI hen voorlegt, terwijl data aantonen dat de informatie op het internet net steeds onbetrouwbaarder wordt, door de woekergroei van AI. De helft van alle beelden op de tot voor kort inspirerende website Pinterest wordt gegenereerd door AI, een vijfde van alles wat op Instagram voorbijkomt ook. AI slop, noemen ze dat. Vaak is het amper mogelijk om het verschil te zien, en staat er geen melding bij. Heeft die man echt zo’n fantastisch kunstwerk gemaakt? Of is het de zoveelste reproductie van een beeld dat ooit origineel was, van een echte, menselijke maker, maar wat nu tot in de eeuwigheid gebruikt wordt door AI om gelijkaardige afbeeldingen te creëren, zonder de kunstenaar te vermelden? Wat is dan nog de waarde van de creatieve ontwikkelaar? Echt gevaarlijk wordt het wanneer die beelden, dat fake news, ingezet en overgenomen worden door de media. Hoe kunnen zij en wij weten wat echt is en wat niet? Iedereen heeft al weleens een filmpje gezien van wereldleiders die op de vuist gaan, of elkaar knuffelen. Grappig, ja, soms, maar wat als dat uit de hand loopt? Kort na de bombardementen van de VS op Iran, bleek al dat een deel van de video’s op het internet gegenereerd werden door AI. Ze waren nep. De film Mountainhead is geen hoogvlieger, maar brengt het thema wel duidelijk naar voor. Gemanipuleerde beelden kunnen voor verdeling, wantrouwen en (politieke) onrust leiden. Wie er bedreven in is, kan zulke beelden gebruiken om tegenstanders in een slecht daglicht te stellen en uit te schakelen. De steenrijke ontwikkelaars van AI willen altijd maar meer, beter en sneller, ten koste van alles en iedereen. We worden overspoeld door beelden en teksten gemaakt door een machine, veel te veel, meestal nutteloos. John Oliver maakte enkele weken geleden een stevig punt over AI Slop in Last Week Tonight. Het is nog erger dan ik dacht.

Steeds verder van de essentie

Mensen brachten het laatste decennium al veel tijd door in de digitale wereld. Hoe jonger, hoe meer. In een reportage bij Lubach zag ik een tijdje geleden dat sommige tieners tussen de acht en zestien uur per dag op hun telefoon doorbrengen. Hoe dan?! Hebben ze niets anders te doen? Worden ze niet gek van een hele dag naar dat schermpje te staren? Alle onderzoek wijst uit dat meer schermtijd leidt tot minder geluk, maar dat is geen argument voor zij die al verknocht en verslaafd zijn aan sociale media en AI-assistenten. Ik vrees echt voor hun mentale welzijn en ontwikkeling. Door digitaler te leven, verliezen mensen steeds meer de connectie met de essentie. Het is niet zomaar dat bosbaden, stilteretraites en digitale detoxvakanties steeds populairder worden. We hebben natuur en analoge momenten nodig om op te laden. Ondanks de vele antwoorden die AI biedt, worden mensen niet gelukkiger. De connectie met wie ze echt zijn en waar ze echt blij van worden wordt vervangen door machines. Ons welzijn en onze evolutionaire vooruitgang worden platgeslagen in ruil voor meer zinloze invulling. Tot groot plezier van de tech-ontwikkelaars natuurlijk, die miljarden verdienen, maar zelf vaak geen sociale media gebruiken en AI veel voorzichtiger toepassen. Zij kennen de gevaren, maar voelen zich verheven boven het ‘plebs’. Sommigen voelen hun geweten knagen en nemen ontslag. Creativiteit wordt platgeslagen door miljarden filmpjes die onze aandacht afleiden van wat er echt toe doet in het leven. Nochtans staat AI op het punt om een lange lijst jobs over te nemen van creatieve mensen zoals schrijvers en illustrators. Bij het magazine ELLE gebruikten ze al ‘nepjournalisten’ als ‘test’. Ze genereerden honderden artikels op enkele maanden. Daarnaast zou AI de ‘perfecte’ vervanger zijn voor boekhouders, administratief personeel en mensen die repetitieve taken uitvoeren. Technologie in rechtstreekse concurrentie met jobs, dat is iets waar al langer over gedebatteerd wordt. Want wat moeten al die mensen doen wanneer ze ontslagen worden en vervangen door AI-systemen? Hoe moeten zij hun geld verdienen in een maatschappij waarin een job cruciaal is om te overleven? Waarin geen basisloon voorzien wordt? En hoe zal de overheid nog genoeg belastingen kunnen innen om het systeem draaiende te houden, wanneer grote bedrijven megalomane winst behalen zonder werknemers te moeten betalen, en dus ook geen inkomstenbelasting? Hoe lossen we dat op?

Ben ik te pessimistisch? Loopt het allemaal niet zo’n vaart, terwijl ik het idee heb van wel? Staan we als mensen niet midden in een gigantische verandering, hoewel we het amper doorhebben en er nog zoveel ‘oude’ problemen zijn? Misschien moet ik een scenario schrijven voor een scifi, in de hoop dat het geen realiteit wordt. Daarin voeren AI-bots oorlog tegen mensen om het klimaat en milieu te redden, omdat ze voor zichzelf uitgemaakt hebben dat het de beste oplossing is voor het ecosysteem dat de aarde is. Of bestaat dat al? De mensen grotendeels weg. Uitgeroeid door de creatie die ze zelf creëerden en waar ze zo trots op waren. Opnieuw beginnen, met een schone lei. Verplicht, onder toezicht van onverbiddelijke ecoterrorbots. Alles waar wetenschappers al decennia voor waarschuwen is aan het gebeuren en komt eraan, zonder twijfel. Niet pas over een eeuw, maar in onze levenstijd. Binnenkort. Ik bereid me voor op het ergste, en hoop op het beste. Teleurgesteld in de keuzes die de meeste mensen maken, hoopvol door zij die het anders doen. Too little, too late. Maar niet voor ons geweten.

Foto bovenaan: Praia do Salgado, uiteraard zonder hulp van AI